Ik heb als deken van de Amsterdamse orde van advocaten onderzoek verricht naar de hieronder genoemde PGP-berichten. Gezien mijn wettelijke geheimhoudingsverplichting en de vertrouwelijkheid van de informatie die ik in het kader van mijn onderzoek heb verkregen, moet ik mij beperken tot de volgende mededelingen.
E.J. Henrichs
Deken orde van advocaten in het Arrondissement Amsterdam
SAMENVATTING OP HOOFDLIJNEN
Uit mijn onderzoek is niet gebleken dat de betrokken advocaten tuchtrechtelijk verwijtbaar hebben gehandeld door informatie gedurende beperkingen te delen met derden of na afloop van de beperkingen informatie te delen zonder dat daarvoor redelijkerwijs een verdedigingsbelang bestond. Evenmin is gebleken dat zij zich hebben laten leiden door andere belangen dan die van de individuele cliënt die ieder van hen bijstond.
De betrokken advocaten beseffen wel dat door de bekend geworden PGP-berichten de indruk is kunnen ontstaan dat hun betrokkenheid verder is gegaan dan optreden voor hun individuele cliënten, waardoor de onafhankelijkheid en integriteit in het geding zou zijn gekomen.
Hoewel is gebleken dat de advocaten destijds niet hebben kunnen voorzien dat deze schijn zou kunnen ontstaan, is deze voor de advocaten zeer belastend. Dat heeft mij ertoe gebracht Ficq & Partners te adviseren in de toekomst bij nieuwe zaken grote terughoudendheid te betrachten bij het optreden voor meer dan één verdachte in één zaak of in duidelijk verbonden zaken.
De advocaten van Ficq & Partners hebben aangegeven dat advies bij nieuwe zaken of cliënten op te zullen volgen.
In de PGP-berichten wordt ook gesproken over contante betalingen aan de betrokken advocaten. Uitgebreid administratief en financieel onderzoek naar onder meer contante betalingen heeft aangetoond dat ook die berichten feitelijk niet juist zijn. Wel is meer in het algemeen gebleken dat de voor contante betalingen geldende regels niet steeds (volledig) zijn nageleefd. Mijn bevindingen op dit punt zijn voor Ficq en Partners inmiddels reden geweest te besluiten dat volledig wordt afgezien van het aannemen van contante betalingen. Ik beschouw dat als een adequate oplossing. Daarbij speelt een rol dat inmiddels is besloten in breder verband binnen de strafrechtadvocatuur onderzoek te doen naar toepassing van de regels over contante betalingen.
Toelichting
Ten aanzien van het onderzoek
De betrokken advocaten hebben volledige medewerking verleend aan het onderzoek. Ik heb uitgebreid met hen gesproken en zij hebben in alle opzichten openheid van zaken en uitleg gegeven. Zij hebben in dat verband een grote hoeveelheid stukken aangeleverd.
Ook heb ik zelf bij de betrokken advocaten stukken opgevraagd en van hen ontvangen. De advocaten van Ficq & Partners hebben ook volledig meegewerkt aan het uitgebreid administratief en financieel onderzoek dat betrekking had op een periode van meerdere jaren.
Verder heb ik in het kader van mijn onderzoek met het OM overleg gevoerd en bij het OM informatie opgevraagd en verkregen.
Al met al heb ik een zeer grote hoeveelheid informatie verkregen, bestudeerd en uitvoerig met de betrokken advocaten gesproken.
Alle informatie die ik heb verkregen valt onder mijn wettelijke geheimhoudingsplicht, waardoor ik die niet met derden kan delen.
Ten aanzien van de inhoud
Zoals de rechtbank ook heeft geconstateerd , is het van belang dat het gaat om PGP-berichten die niet afkomstig zijn van, of gericht zijn aan de betrokken advocaten. Zij hadden zelf geen PGP-telefoon. Het dossier bevat dan ook geen PGP-berichten tussen de betrokken advocaten en derden.
Het gaat dus om PGP-berichten over de betrokken advocaten, die zijn verstuurd zonder dat die advocaten zich daarvan bewust waren. Door de inhoud van die berichten kan de indruk zijn ontstaan dat advocaten van Ficq & Partners verder zijn gegaan dan het behartigen van de belangen van hun individuele cliënten.
Uit mijn uitgebreide onderzoek is echter niet gebleken dat de betrokken advocaten destijds tuchtrechtelijk verwijtbaar hebben gehandeld. Ook heb ik op basis van de informatie die zij met mij hebben gedeeld, kunnen oordelen dat zonder meer aannemelijk is dat zij zich uitsluitend hebben laten leiden door de individuele belangen van hun cliënten en niet door de belangen van derden.
De betrokken advocaten hebben met mij geconstateerd dat door de PGP-berichten wel de schijn is kunnen ontstaan dat zij onvoldoende onafhankelijk zijn geweest ten opzichte van hun individuele cliënten. Daaraan heeft bijgedragen dat advocaten van Ficq & Partners met regelmaat optreden voor verschillende verdachten in één strafzaak.
De PGP-berichten zijn in augustus 2020 in de openbaarheid gekomen en in de media veelvuldig aan de orde gesteld. Daardoor is de afgelopen maanden voor de betrokken advocaten een zeer belastende situatie ontstaan. Zij konden destijds niet voorzien dat de eerder genoemde schijn zou kunnen ontstaan, omdat de berichtenwisseling zich voltrok buiten hun waarneming.
Ik heb de advocaten van Ficq & Partners geadviseerd in de toekomst bij nieuwe zaken grote terughoudendheid te betrachten bij het optreden voor meerdere verdachten in één strafzaak (of in duidelijke verwante strafzaken) en waar nodig met mij te overleggen. Omdat de advocaten van Ficq & Partners het met mij eens zijn dat – mede gezien de goede naam van de advocatuur – ook de schijn van onvoldoende onafhankelijkheid en belangverstrengeling waar mogelijk moet worden voorkomen, hebben zij toegezegd dat advies te zullen opvolgen. In lopende strafzaken streven zij ernaar die vorm van betrokkenheid waar mogelijk op termijn – al dan niet gefaseerd – af te bouwen.
Die grote terughoudendheid bij nieuwe zaken/cliënten zal overigens ook kunnen worden ingevuld aan de hand van het standpunt dat ik op niet al te lange termijn zal innemen over het optreden voor meerdere verdachten in één strafzaak. Inmiddels heb ik in een ronde tafel-discussie met ervaren strafpleiters uitvoerig over dit onderwerp gesproken, zoals aangekondigd in juli 2020.
Persbericht onderzoek door de deken Amsterdamse orde van advocaten naar PGP-berichten